19 januari 2018

De Belastingdienst heeft aangekondigd in 2018 de rekeningcourant verhouding tussen de B.V. en haar aandeelhouder onder de loep te nemen. Directeur/aandeelhouders met een hoge vordering (rekeningcourant) op hun B.V. kunnen daarom vragen en opmerkingen verwachten van de belastinginspecteur. En zo niet, dan heeft de Belastingdienst toch een waarschuwing afgegeven om de rekening courant niet al te hoog op te laten lopen, wellicht in de hoop dat de rekeningcourant afgebouwd wordt.

Zakelijk handelen
Via een rekening-courant worden kleine, tijdelijke bedragen over en weer geboekt tussen de aandeelhouder en zijn vennootschap. Om te voorkomen dat dit te veel uit de land loopt moet worden gehandeld zoals onafhankelijke derden in het economische verkeer ook zouden doen, het zogenaamde “at arm’s length-beginsel”. Zo gaat geen bank of persoon lenen aan een bedrijf van een (vage) bekende zonder een overeenkomst afgesloten te hebben met zakelijke voorwaarden zoals een zakelijke rente en zekerheden te eisen. Leg dit namelijk goed vast in een rekening courantovereenkomst. Toch blijft dit een grijs gebied. De staatssecretaris heeft goedgekeurd dat bij een kleine rekening-courant verhouding geen rente berekend hoeft te worden. Het saldo komt dan het hele jaar niet boven de € 17.500,-. Voordeel voor de DGA (directeur groot aandeelhouder) is dat hij geen belaste rente-inkomsten in box 1 hoeft aan te geven. De BV mag dan vanzelfsprekend de rentekosten niet aftrekken.

Hoogte rekening courant landelijk
In Nederland gaat het om een groot bedrag waarmee de rekeningcouranten zijn opgelopen. Bij een gebruteerd ab-tarief van 25% kan de belastingdienst een grote klapper maken.

Risico´s
Hoe hoog de rekening-courant mag zijn, is onder andere afhankelijk van het salaris van de DGA. In het economische verkeer is de maximale leencapaciteit immers afhankelijk van het inkomen. Overwaarde van de woning of andere panden wordt mogelijk als zekerheid geaccepteerd. Het is verstandig om na te gaan of er nog voldoende dekking in privé is zoals spaargeld/beleggingen en overwaarde van de woning. De inspecteur kan namelijk stellen dat sprake is van een winstuitdeling die belast is met 25%, kan een gedeeltelijke aflossing eisen of een veronderstelde kwijtschelding aannemen. Als de voorwaarden zakelijk zijn en de inspecteur niet al te streng is zal hij of zij aansturen op afbouw van de rekeningcourant door aflossing vanuit privé, geleidelijke winstuitdeling of door netto minder salaris uit te keren dan is overeengekomen. Denk tijdig na over een gepaste oplossing zodat u een antwoord paraat heeft als de Belastingdienst zich meldt. Eventueel kan nu aflossen door dividend uit te keren tegen 25% fiscaal gunstiger zijn dan later tegen 28,5% (vanaf 2021).

ALs u meer advies wilt over de risico’s en het afbouwen van een te hoge rekening courant, kijk dan hier voor meer informatie over onze dienstverlening.

Op de hoogte blijven van nieuwe berichten? U kunt zich hier aanmelden.